De vijfde week...

Het verhaaL van de zondag. 

OPGEWEKT

Voor het vijfde - zesde leerjaar. 

Jezus had een vriend, Lazarus, die woonde in Betanië in Judea, met zijn zussen Marta en Maria. Hij hield van alle drie.
Op een dag hoorde Jezus dat Lazarus ziek was en Hij besloot terug te gaan naar Judea. Maar toen Hij in Betanië aankwam, was Lazarus al vier dagen dood.
Martha holde op Jezus af en zei: "Als U hier geweest was, was mijn broer niet gestorven!" Jezus zei: "Ik ben het leven en de verrijzenis. Wie in Mij gelooft, zal leven!"
Maria kwam ook en viel voor zijn voeten neer van verdriet. Ook Jezus was ontroerd en verdrietig. Hij liep naar het graf in de rots, en liet de steen van de opening wegrollen. Toen bad Hij: "Vader, Ik weet dat U mijn gebed verhoort. Nu bid Ik hardop, zodat de mensen hier weten dat U Mij hebt gezonden: Lazarus! Kom naar buiten!"
Veel mensen geloofden in Jezus, want de overleden Lazarus was levend uit het graf gekomen. Maar toen de hogepriesters hoorden wat er gebeurd was, werden ze bang. Die dag besloten ze, dat Jezus moest verdwijnen, voorgoed.

Soms kunnen mensen zich donker voelen vanbinnen. Die donkere gevoelens kunnen zich opstapelen tot mensen zich 'dood' voelen vanbinnen. Soms weten ze zelfs niet wat de oorzaak is. Wie kan hen dan 'opwekken'? 

Wij moeten zelf geen graf zijn voor dode dingen. Onze steen moet weg, ons leven moet zingen. Probeer deze week mensen op te wekken door kleine tekens van liefde: een knuffel, een lief woord, een extra inspanning om samen te spelen en te delen,...